Wie zijn wij?

De Hervormde Wijkgemeente Mattheüs in Delft is een gemeente van de Here Jezus Christus. Als gemeente willen we God eren, loven en zijn Naam bekendmaken. Daarom komt de gemeente elke zondag twee keer samen in diensten, in kerken op verschillende plaatsen in de stad. Daar leren we wie God is en wie Hij voor ons wil zijn. We eren en prijzen Hem in ons zingen en in onze gebeden.

In ons gemeenteleven staat de Bijbel als het woord van God centraal. In het dagelijks leven streven we ernaar iets van Gods liefde te weerspiegelen, lief en leed met elkaar te delen door oog en hart voor elkaar te hebben.

Oog en hart hebben we ook voor de samenleving waarin we functioneren. Missionair en diaconaal zijn er activiteiten en initiatieven om met Woord en daad zichtbaar èn dienstbaar te zijn voor onze medemens, dichtbij en ver weg.

De wijkgemeente Mattheüs maakt deel uit van de Protestantse Gemeente te Delft en weet zich in het bijzonder verbonden met de gereformeerde belijdenis van de kerk.

Naast de samenkomsten op zondag heeft de wijkgemeente een rijke schakering aan kinderclubs, (jeugd)verenigingen, koren en Bijbelkringen. Wijkpredikant en catecheseteams verzorgen wekelijks de catechese.


De kerkenraad heeft in het beleidsplan de identiteit van de wijkgemeente als volgt beschreven:


Roeping als gemeente

De identiteit van onze gemeente wordt allereerst bepaald door het feit dat we gemeente van Jezus Christus zijn. Hij is Hoofd van de gemeente, wij zijn de leden. Dat mag ook de eenheid van de gemeente stempelen. Als gemeente mogen we leven uit de genade die ons in Christus Jezus geschonken is. Dat God een genadig God is bepaalt ook onze drijfveer in het uitdragen van de boodschap van redding en verlossing naar de mensen die op ons pad komen, veraf en dichtbij. Die genade wordt ook zichtbaar in de manier waarop we als gemeente ons geloof beleven, met elkaar omgaan en elkaar willen opscherpen in het geloof en het leven in de navolging van Christus. Daarbij willen we ons richten naar de opdracht van onze Heiland Jezus Christus, die Hij in als samenvatting van de wet en de profeten gegeven heeft: “U zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dit is het eerste en het grote gebod. En het tweede, hieraan gelijk, is: U zult uw naaste liefhebben als uzelf. Aan deze twee geboden hangt heel de Wet, en de Profeten” (Matt 22: 37-40). De Heere Jezus gaf bij Zijn Hemelvaart aan Zijn discipelen de opdracht:

“Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen”.

Deze opdracht geeft richting aan de roeping van gemeenteleden om dichtbij of veraf in het Koninkrijk van God te dienen. Als gemeente willen we voor deze opdracht beschikbaar zijn en gemeenteleden in hun roeping ondersteunen.

Onze plaats binnen de (wereldwijde) kerk

Onze gemeente staat in een hervormd-gereformeerde en katholieke (=algemeen christelijke) traditie,

waarbij we op de eerste plaats volgelingen zijn van Jezus Christus. De Boodschap uit de Bijbel en de rijke inzichten van voorgaande generaties worden vertaald naar deze tijd, in de hedendaagse taal en cultuur en in de plaatselijke context. De prediking van die boodschap is niet vrijblijvend en roept op tot bekering en navolging.

Dat wij staan in de katholieke traditie betekent dat wij de algemene christelijke geloofsbelijdenissen van harte onderschrijven. De hervormd-gereformeerde traditie is verwoord in de catechismus van Heidelberg, de catechismus van Genève, de Nederlandse geloofsbelijdenis en de Dordtse Leerregels. Onze verbondenheid met het gereformeerde belijden houdt in, dat de wijkgemeente Mattheüs binnen het geheel van de Protestantse Kerk in Nederland, naar voluit gereformeerde overtuiging (de 4 Sola’s) wil leven en geloven.

De kerkenraad acht het van grote betekenis, dat de inhoud ervan door elke generatie opnieuw wordt

ontdekt, vertolkt en doorgegeven. Dit kan betekenen dat andere woorden of vormen worden gebruikt, maar dat de inhoud hetzelfde blijft. De eerlijkheid gebied te zeggen dat de belijdenissen ook bepaalde dingen niet hebben opgevangen. Wat er gezegd wordt over zending en over Israël is duidelijk te weinig. We weten ons immers onlosmakelijk verbonden met dit volk en delen in de aan Israël geschonken verwachting van de komst van het koninkrijk van God. We erkennen tevens dat voor ons verstaan van de Schriften kennis van en het gesprek met Israël noodzakelijk zijn.


Als gemeente maken we deel uit van de Protestantse Gemeente Delft (PGD) waarin we ook onze

verantwoordelijkheid willen nemen. Tegelijkertijd weten we ons verbonden met christenen die eveneens Jezus Christus belijden en het gezag van de Schrift erkennen. Deze verbondenheid is er, ondanks verschillen die er kunnen zijn in belijden, beleving van het geloof, de invulling van de eredienst, de wijze waarop het gemeenteleven gestalte krijgt, visie op de missionaire roeping van de gemeente, etc. Deze verbondenheid 7 krijgt uitdrukking in het samen met andere christenen uitvoeren van activiteiten of door deze activiteiten onder de aandacht van de gemeenteleden te brengen.

Richtinggevende onderdelen van identiteit

We weten ons als gemeente het lichaam van Christus (1 Kor. 12). Christus is het Hoofd, de gemeenteleden vormen samen het lichaam (Ef. 1:22, 4:15), en de Geest verbindt de leden van het lichaam in liefde aan elkaar.

In afhankelijkheid van Christus als het Hoofd van de gemeente kennen we in de opbouw van onze gemeente het hoogste gezag toe aan de Bijbel. Dit gezag heeft o.a. zeggenschap op de inhoud van de prediking, de inhoud van de liturgie, de bediening van de sacramenten, de invulling van de ambten en de visie op relaties. In gehoorzaamheid aan de Bijbel, dat allereerst, en aan het belijden van de kerk – het gereformeerde belijden in het bijzonder – wil de kerkenraad vasthouden aan het volgende:

· Elk gemeentelid en elke gast wordt door middel van de prediking en het toerustingswerk geroepen tot geloof, bekering, heiliging en het inzetten van de hem of haar geschonken gaven.

· We zien de doop als teken en zegel van Gods verbond voor ons en onze kinderen. We achten geloofsopvoeding, catechese en jeugdwerk van grote betekenis, opdat kinderen van jongsaf aan in God leren geloven en voor Hem leren leven;

· We hechten aan de openbare belijdenis van het geloof, die toegang geeft tot het heilig avondmaal. Kinderen nemen niet deel aan de viering van het avondmaal, tenzij zij openbare belijdenis van het geloof hebben afgelegd.

· Vanwege Gods bewogenheid met de hele wereld weet de wijkgemeente zich geroepen tot zending, evangelisatie en diaconaat.

· Vrouwen en mannen zijn beiden geroepen om in Gods gemeente te dienen. Bij de invulling van de ambten laten we ons leiden door de uitleg van de Bijbel, dat God mannen verkiest om het ambt te dragen. Op deze visie op de ambten leven in de gemeente vragen. Daarover zal het gesprek plaats vinden in kerkenraad en gemeente in de beleidsperiode 2020-2024.

· We zien het huwelijk als een verbond voor het leven tussen een man en een vrouw. Dit is de enige plek waar seksuele gemeenschap tot zijn recht komt. Daarom zegenen we geen andere

· levensverbintenissen in. Homoseksuele gemeenteleden zijn volwaardig lid van onze gemeente en moeten zich net als iedereen thuis kunnen voelen in de gemeente van Christus.

Diversiteit binnen de gemeente

De wijkgemeente zal steeds opnieuw haar positie moeten bepalen in de vele ontwikkelingen en vragen waarmee zij te maken krijgt. Dat willen we doen vanuit de identiteit zoals die hier geschetst is. De kerkenraad realiseert zich dat er een zekere bandbreedte is van opvattingen en overtuigingen binnen de gemeente, waardoor de keuzes die gemaakt worden niet altijd voor alle gemeenteleden de door hen meest gewenste zijn. Wanneer er een keuze wordt gemaakt, hoeft dat niet te betekenen dat andere overtuigingen of ideeën door de kerkenraad als verwerpelijk worden beschouwd.

Genade, geloof en gebed

Ten slotte, we belijden dat wij het heil van God uit genade ontvangen. Dat betekent ook dat wij de

tegenwoordigheid van God, een levend geloof, de opbouw van de gemeente enzovoorts niet kunnen

organiseren, maar slechts kunnen ontvangen. De Heilige Geest wil ons daar in leiden. Daarom is het

persoonlijke en het gemeenschappelijke gebed een elementair onderdeel van het gemeenteleven. We belijden tevens dat wij leven door het geloof en niet door eigen kracht of prestatie. Dat betekent ook dat we niet een volmaakte gemeente zullen en kunnen zijn. Die volmaaktheid verwachten wij wel bij de wederkomst van Christus en daar zien we naar uit.